Assurantietussenpersoon veroordeeld tot het betalen van brandschade
Onlangs publiceerde het Gerechtshof in Den Bosch de uitspraak van het hoger beroep over het tekortschieten
in de zorgplicht van een assurantietussenpersoon. De zaak handelde om een boomkwekerij, die de betreffende assurantietussenpersoon aansprakelijk heeft gesteld. Drie maanden na het bezoek van de assurantietussenpersoon aan de boomkwekerij werd een loods van de kwekerij getroffen door blikseminslag.
Hierna bleek dat de kwekerij ten aanzien van bepaalde schades niet of onvoldoende verzekerd was. In hoger beroep werd de assurantietussenpersoon veroordeeld tot het betalen van de schade van € 300.000,- omdat de tussenpersoon onvoldoende aannemelijk kon maken dat hij de kwekerij heeft gewezen op de onderverzekering en de mogelijke gevolgen hiervan.
Daarnaast heeft de tussenpersoon verzuimd de kwekerij te vragen of er mogelijk zaden gedurende langere tijd op het bedrijf aanwezig waren en verzuimd de kwekerij er van in kennis te stellen dat het zaaigoed niet onder de dekking van de verzekering viel.
Een assurantietussenpersoon dient – zeker in het geval alle verzekeringen van het bedrijf ondergebracht zijn in een tot zijn portefeuille behorende pakketpolis – actief te handelen en als deskundige op het gebied van verzekeringen zijn klanten te attenderen op onderverzekering of het geheel niet verzekerd zijn van relevante schades.
Tot deze taak behoort in beginsel ook dat de assurantietussenpersoon de klant tijdig opmerkzaam maakt op de gevolgen die hem bekend geworden feiten voor de dekking van tot zijn portefeuille behorende verzekeringen kunnen hebben.